Appian heeft bekend gemaakt dat in de uitspraak door de jury van de Circuit Court in Fairfax County, Virginia, Appian een schadevergoeding moet ontvangen van $2,036 miljard van Pegasystems wegens het onrechtmatig verkrijgen van intellectueel eigendom.
Ook oordeelde de jury dat Pegasystems de Virginia Computer Crimes Act heeft overtreden. In het oordeel staat ook vast dat Pega opzettelijk en kwaadwillig handelde bij het onrechtmatig verkrijgen van intellectueel eigendom van Appian. Appian ging met de zaak naar de rechtbank om bescherming te waarborgen voor haar intellectuele eigendom – waaronder bedrijfsgeheimen.
“We zijn dankbaar dat de jury Pegasystems verantwoordelijk heeft gehouden voor haar onrechtmatige gedrag,” zei Christopher Winters, General Counsel bij Appian. “We hebben sterke bewijzen aangevoerd dat intellectueel eigendom van Appian door Pegasystems onrechtmatig is verkregen. De toekenning van een aanzienlijke schadevergoeding aan Appian is volkomen terecht gezien de aard en omvang van wat Pegasystems ons heeft aangedaan.”
Tijdens het proces, wat zeven weken duurde, toonde Appian bewijs dat Pegasystems een contractor (de “Contractor”) van een externe overheidspartner inhuurde om Pegasystems toegang te geven tot de software van Appian, als onderdeel van een poging om te leren hoe zij beter kon concurreren met Appian. Bij het inhuren van de Contractor instrueerde Pegasystems de recruiters om iemand te werven die niet “loyaal” was aan Appian. Appian heeft bewijs geleverd dat de Contractor, die als ontwikkelaar in Appian software werkte onder een overheidscontract, de gedragscode van zijn werkgever en de overeenkomst van zijn werkgever met Appian heeft geschonden door toegang te verlenen aan een concurrent van Appian.
Appian heeft bewijs aangevoerd dat de Contractor bedrijfsgeheimen aan Pegasystems heeft doorgegeven om haar werknemers in staat te stellen concurrerende functies te bouwen en het verkoopteam van Pegasystems op te leiden om beter met Appian te kunnen concurreren. Tijdens de procedure gaf Alan Trefler, oprichter en CEO van Pegasystems, toe dat het “ongepast” was dat werknemers van Pegasystems de Contractor hadden ingehuurd, en dat de Contractor “blijkbaar dingen heeft gedaan waartoe hij niet gerechtigd was”.
De Contractor, die bij Pegasystems intern een “spion” werd genoemd, hielp Pegasystems bij het maken van tientallen video-opnamen van de Appian ontwikkelingsomgeving voor gebruik door Pegasystems bij het samenstellen van concurrerend materiaal en het evalueren van verbeteringen aan haar platform. Appian heeft bewijs aangevoerd dat de heer Trefler een bijeenkomst met de contractant heeft bijgewoond en heeft deelgenomen, en dat hij het door de contractant verstrekte bedrijfsgeheimen van Appian heeft ontvangen. De video’s en documenten die dankzij de inspanningen van de Contractor waren gemaakt, werden vervolgens door Pegasystems gebruikt om haar verkoopteam op te leiden om beter met Appian te kunnen concurreren. De inspanning werd later binnen Pegasystems aangeduid als “Project Crush”. Op een gegeven moment riep een werknemer van Pegasystems die het materiaal bekeek dat “we nooit meer van Appian zouden mogen verliezen!”
Appian heeft ook aangevoerd dat het productontwikkelingsteam van Pegasystems het door de Contractor verstrekte materiaal heeft onderzocht en de koers van de productontwikkeling van Pegasystems heeft veranderd om voordeel te halen uit wat zij hebben gezien van Appian’s technologie. Verder heeft Appian documenten overgelegd en getuigd dat Pegasystems gebruik heeft gemaakt van het intellectueel eigendom die zij van de Contractor had verkregen om verbeteringen aan te brengen met betrekking tot o.a. gebruiksgemak en social en mobile mogelijkheden in het Pegasystems platform.
Bovendien heeft Appian onbetwistbaar bewijs geleverd dat Pegasystems werknemers valse identiteiten hebben gebruikt om toegang te krijgen tot Appian-informatie en proefversies van Appian’s software, die vervolgens werden gebruikt voor concurrerende doeleinden. Trefler zelf gaf toe een alias, “Albert Skii”, te hebben gebruikt om toegang tot Appian-informatie te krijgen. Een Pegasystems-werknemer gaf toe dat hij een nep-persoonlijkheid en een nep-bedrijf had gecreëerd om Appian om de tuin te leiden en hem toegang zo toegang te verlenen tot het softwareplatform van Appian. Andere Pegasystems-werknemers verkregen toegang tot Appian’s software via Pegasystems’ partners in India, gebruikmakend van referenties die onder licentie aan die partners waren verstrekt. Trefler heeft toegegeven dat hij het niet gepast vond “dat mensen toegang krijgen tot systemen van andere bedrijven via aliassen” en dat de Pegasystems-medewerkers die toegang hadden verkregen tot Appian testsoftware “dat niet hadden moeten doen”.
Volgens Appian is de schadevergoeding van de jury de grootste is in de geschiedenis van de staatsrechtbank in Virginia.
Appian’s CEO, Matthew Calkins: “Nooit zal Appian aarzelen om zichzelf en haar intellectuele eigendom te verdedigen tegen concurrenten wanneer zij van mening zijn dat zij illegaal hebben gehandeld. Ik ben trots op ons juridische team voor hun uitstekende werk in deze zaak. Het was een uitzonderlijke prestatie en de uitspraak van de jury is het resultaat van hun inspanningen.”
Appian werd in de zaak vertegenwoordigd door Patterson Belknap Webb & Tyler, geleid door Adeel Mangi, Muhammad Faridi, en Jeff Ginsberg. Evenals door Holmes Costin & Marcus, geleid door Ellen Marcus en Sheila Costin. John McNichols, van Williams and Connolly, verscheen ook in de zaak namens Appian. Christopher Geyer, Appian’s Deputy General Counsel voor IP & Litigation, speelde een leidende rol in de ontwikkeling van de zaak en beheerde de procesvoering vanuit een intern perspectief.
De vaststelling van de jury dat Pegasystems opzettelijk en kwaadwillig heeft gehandeld, geeft Appian mogelijk recht op een verdere toekenning van advocaatkosten onder de wet van Virginia.
Pegasystems kan tegen het vonnis van de jury en de uitspraak van de rechtbank in beroep gaan. Pegasystems is niet verplicht om Appian het door de jury toegekende bedrag te betalen totdat alle beroepsmogelijkheden zijn uitgeput en de uitspraak definitief is. Appian kan niet voorspellen wat de uitkomst van een beroep zal zijn of hoe lang het zal duren om dit af te handelen.
In een verklaring zegt Pega het oneens te zijn met dit oordeel van de jury, en ertegen in hoger beroep te gaan.