Het kabinet wil de economische en maatschappelijke kansen van algoritmen benutten, zonder daarbij de risico’s voor bijvoorbeeld privacy uit het oog te verliezen. Dit gebeurt door maatschappelijke organisaties, bedrijven en mensen goed te blijven betrekken en door te zorgen dat iedereen zich bewust is van de kansen en risico’s. Daarnaast wil het kabinet mensen online weerbaarder maken en het toezicht op algoritmen goed regelen bij de bestaande toezichthouders.
Dat schrijven minister Dekker voor Rechtsbescherming, staatssecretaris Knops van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en staatssecretaris Keijzer van Economische Zaken en Klimaat in een brief aan de Tweede Kamer in reactie op de initiatiefnota ‘Menselijke grip op algoritmen’ van het Tweede Kamerlid Middendorp en het onderzoek ‘Toezicht op gebruik van algoritmen door de overheid’.
Belang van samenwerking
Om als overheden het gebruik van algoritmen goed in de vingers te krijgen, is het belangrijk om niet overal het wiel proberen uit te vinden. Het kabinet neemt daarom een aantal initiatieven om met provincies en gemeenten tot gezamenlijke ideeën te komen over de inzet en regulering van algoritmen. Zo is er begin dit jaar een samenwerking gestart om kennis te delen over kunstmatige intelligentie en mensenrechten. Maar ook internationale samenwerking is van belang, waarbij de Nederlandse kennis en kunde over algoritmen wordt opgenomen in internationale standaarden.
Bewustwording en weerbaarheid
Wanneer burgers het effect van algoritmegebruik beter overzien, zijn zij ook beter in staat om waar nodig hun rechten uit te oefenen. Het kabinet zet daarom in op het vergroten van bewustwording over algoritmen onder burgers, vooral over de effecten die algoritmegebruik op hen heeft. Hiervoor zijn verschillende initiatieven opgestart, zoals dialogen met burgers over AI, lespakketten voor middelbare scholieren en voorlichtingscampagnes zoals ’www.blijfkritisch.nl’ over bewustwording van gepersonaliseerd nieuwsaanbod of de voorlichting van de Autoriteit Persoonsgegevens.
Toezicht en normering
Het toezicht op algoritmen moet goed geregeld zijn. Het is hiervoor echter niet noodzakelijk om een aparte toezichthouder op het gebruik van algoritmen in te stellen. Dit leidt tot overlap en concurrentie met bevoegdheden van bestaande toezichthouders zoals bijvoorbeeld de Autoriteit Persoonsgegevens. Het toezicht op het gebruik van algoritmen moet een meer structureel karakter krijgen. Om dit voor elkaar te krijgen, zullen betrokken organisaties actiever met elkaar samenwerken en kennisdelen. Daarnaast werkt het kabinet aan de ontwikkeling van een normenkader waar overheidsalgoritmen aan moeten voldoen en effectieve instrumenten waarmee overheden verantwoording kunnen afleggen over hun gebruik van algoritmen.