Home Bots & Brains Onderzoek: Nemen mensen een robotbaas serieus?

Onderzoek: Nemen mensen een robotbaas serieus?

door Marco van der Hoeven

Willen mensen werken onder een robotbaas ? Onderzoek van Poolse wetenschappers aan de SWPS Universiteit, gepubliceerd in Cognition, Technology & Work, laat zien dat robots als autoriteitsfiguren wel gehoorzaamheid kunnen afdwingen, maar minder effectief dan mensen. Bovendien werken mensen trager en minder efficiënt onder toezicht van een robot. Dit roept vragen op over de rol van robots in de toekomst van werk en hoe bedrijven hiermee om moeten gaan.

In het onderzoek, geleid door psycholoog Konrad Maj, PhD, werden deelnemers in een laboratoriumtaak begeleid door óf een menselijke proefleider óf de humanoïde robot Pepper. De taak was simpel: het aanpassen van bestandsnamen op een computer. Wanneer deelnemers aarzelden of stopten, moedigde de robot of de mens hen verbaal aan om door te gaan.

De resultaten waren opvallend: deelnemers voltooiden hun taken veel sneller en efficiënter onder menselijke supervisie. Het kostte gemiddeld 23 seconden om een bestand aan te passen onder menselijk toezicht, tegenover 82 seconden bij robotbegeleiding. Bovendien verwerkten deelnemers bijna 37 procent minder bestanden onder toezicht van de robot.

Waarom vertrouwen we een robot minder?

Een belangrijke factor in de interactie met robots is hoe ‘menselijk’ ze overkomen. Robots met menselijke trekken worden sneller als bekwaam en betrouwbaar gezien. Maar er is een grens: als een robot té menselijk lijkt maar niet perfect functioneert, kan dat ongemak veroorzaken – het zogenaamde uncanny valley-effect.

Volgens Maj kan dit te maken hebben met een psychologisch conflict: “Een robot die duidelijk menselijke kenmerken heeft, maar nog steeds imperfect is, zorgt voor verwarring. Moeten we hem als een mens behandelen of niet? Dit kan leiden tot een mix van fascinatie, bewondering, maar ook teleurstelling en zelfs angst.”

Sommige onderzoekers suggereren zelfs dat dit een diepgewortelde, evolutionaire reactie is. Een robot die nét niet menselijk genoeg is, kan ons brein doen denken aan ziekte of gevaar, waardoor we hem onbewust als een bedreiging zien.

Robots als collega’s of zelfs partners?

Toch kunnen menselijke trekken in robots ook voordelen hebben. We zijn gewend om samen te werken met mensen, en een robot die menselijk oogt en communiceert, kan makkelijker te accepteren zijn als collega. Maar volgens Maj heeft dat ook een keerzijde. “Hoe meer robots op mensen lijken, hoe meer we geneigd zullen zijn om ze als vrienden te beschouwen, ze rechten te geven en misschien zelfs relaties met ze aan te gaan.”

In de toekomst zouden robots dus niet alleen werkrelaties kunnen beïnvloeden, maar ook sociale dynamieken. “Thuisrobots zullen steeds persoonlijker worden, altijd beschikbaar zijn en ons op een empathische manier begrijpen. Mensen zijn niet altijd zo goed op elkaar afgestemd,” waarschuwt Maj. Dit kan leiden tot een verandering in hoe we omgaan met elkaar en met technologie.

Wat betekent dit voor de toekomst van werk?

Voor werkgevers en HR-afdelingen is dit onderzoek een signaal om niet alleen de technologische, maar ook de psychologische kant van robotisering serieus te nemen. Automatisering betekent niet automatisch een hogere efficiëntie. Hoe robots worden geïmplementeerd en hoe mensen ze waarnemen, kan grote invloed hebben op de werkvloer. De uitdaging ligt in het vinden van een balans: hoe kan technologie werkprocessen verbeteren zonder dat de menselijke motivatie en samenwerking hieronder lijden?

Foto: SWPS University

Misschien vind je deze berichten ook interessant